In studiejaar 2012-13 heeft de opleiding het eerstejaarsassessment ontwikkeld en voor het eerst afgenomen onder alle eerstejaars studenten. De opleiding Huidtherapie heeft een ompetentiegericht curriculum, gericht op een sterke relatie met de beroepspraktijk, waarin opdrachten gebaseerd zijn op kritieke beroepssituaties. De opleiding hanteert als eis dat de student het assessment (de meesterproef) van de propedeuse haalt. Het doel van het ssessment is het beoordelen of de student de voor de huidtherapeut noodzakelijke ompetenties voldoende beheerst in authentieke beroepssituaties om de studie te kunnen vervolgen in de hoofdfase. Er hangt voor de student veel van af. De toets moet daadwerkelijk meten waar in het studiejaar aan gewerkt is. Voor de opleiding is ook de authenticiteit van belang: de toets moet een weergave zijn van taken die de student straks in de beroepspraktijk uitvoert. Om die redden zijn bij de beoordeling ook assessoren uit de beroepspraktijk betrokken. Ook is het belangrijk dat de toets en de wijze van eoordeling voor studenten voldoende transparent zijn. LinkedIn: https://www.linkedin.com/in/froukje-jellema-78733a63/ https://www.linkedin.com/in/drs-natasha-e-labohm-1392b12/
In dit artikel bespreken we de bevindingen van een verkennend onderzoek naar talentscans. Doel van het onderzoek was om meer inzicht te krijgen in het gebruik van talentscans in de praktijk en om een aantal veel gebruikte talentscans te onderzoeken op hun meetpretentie.
Het team van het Healthy Urban Living Lab heeft samen met veel studenten van de Hogeschool van Amsterdam een Health Impact Assessment (HIA) uitgevoerd op de plannen voor het Bajes Kwartier. Dat is een groene, gezonde, duurzameAmsterdamse stadswijk die wordt gebouwd op het terrein van de voormalige Bijlmerbajes, gelegen in Stadsdeel Oost nabij de Amstel. In deze nieuwe wijk komen ongeveer 1.350 koop- en huurwoningen, variërend van betaalbarestarterswoningen tot exclusieve huizen en zorgwoningen. De focus van de HIA lag op drie aspecten die an groot belang zijn voor de gezondheid van inwoners van Amsterdam: bewegen, gezonde voeding en ontmoeten. Daarmeesluit de HIA aan bij de grootste uitdagingen voor de gezondheid van de Amsterdammers, overgewicht en eenzaamheid. Een HIA is een kritische en systematische beschouwing van een project, met als doel de kansen voor gezondheid en onbedoelde aspecten (zoals gezondheidsrisico’s) in kaart te brengen. Om te onderzoeken hoe de ambitie ‘alle bewoners leven hier twee jaar langer en gezonder kan worden gerealiseerd, is het Behaviour Change Wheel van Susan Michie (2011) gebruikt als theoretisch kader. Dit wetenschappelijkonderbouwde gedragsveranderingsmodel wordt ingezet voor het systematisch ontwerpen en evalueren van interventies en voor beleid dat is gericht op gedragsverandering. Het wordt veelal toegepast in de gezondheidsbevordering. Daarbij spelen drie elementen de hoofdrol: Capabilities (fysieke en psychologische vaardigheden), Opportunities (aspecten in de fysieke of sociale leefomgeving) en Motivation (bewuste en onbewuste processen die tot gedrag leiden). Naast een scan van het masterplan voor het Bajes Kwartier – vanuit het oogpunt van gezondheid – is een doelgroepanalyse gemaakt door middelvan een vragenlijst die werd verspreid onder belangstellenden c.q. toekomstige bewoners, een groepsbijeenkomst en doelgroepenonderzoek door studenten. Er is ook een wetenschappelijke literatuurstudie verricht. Vanuit de volksgezondheid kent de gezonde leefomgeving een afwisseling van bebouwing met groen, aantrekkelijke, uitdagende en gevarieerde openbare ruimten die uitnodigen tot bewegen, spelen en sport, gezond eten, het ontmoeten vanbuurtgenoten, een breed voorzieningenaanbod (waaronder ook een openbare toiletten en een maximale bereikbaarheid en verkeersveiligheid met de fiets en het openbaar vervoer). Daarnaast is in de leefomgeving sociale steun en socialeveiligheid nodig. Het beschikbaar maken van een leefomgeving die deze elementen bevat, is op zich niet voldoende. Er zijn ook activiteiten en netwerkennodig die bevorderen dat deze wijkinfrastructuur daadwerkelijk wordt benut. Zowel uit de literatuur als uit het doelgroepenonderzoek kwam dit naar voren als een belangrijke sleutel tot het creëren van gezondheidswinst. De conclusies die volgen uit de resultaten van de HIA, resulteren in vijf basisaanbevelingen.1) Focus op de diverse groepen. Iedere bewoner heeft recht op een gezonde omgeving. De gezondheidswinst die te behalen valt is het grootst onder kwetsbare groepen zoals bewoners met een lage sociaal economische status, ouderen en kinderen. 2) Gezond gedrag vereist participatie van bewoners waarbij alle doelgroepen vertegenwoordigd zijn. 3) Verbind de hardware met de software, maak een koppeling tussen de inrichting van de fysieke en de sociale omgeving 4) Zet alle vormen en varianten van nudging in, het helpt bewoners een gezonde leefstijl aan te nemen. 5) Hanteer een integrale aanpak waarbij deverschillende verantwoordelijke stakeholders zoals ontwerpers, planologen, burgers, kennisinstellingen, private partijen (zoals startups), gemeentes, GGD’en, zorgverzekeraars en zorgverleners vanaf het begin in eenruimtelijk planproces samenwerken
LINK
Op weg naar een circulaire maatschappij ligt een grote uitdaging bij de ontwikkeling van producten die om bijvoorbeeld medische reden slechts eenmalig gebruikt kunnen worden zoals beschermende handschoenen. Enerzijds is kwaliteit en comfort belangrijk, anderzijds moeten kosten beperkt zijn. Twee ziekenhuizen, Erasmus MC (Rotterdam) en Reinier de Graaf (Delft) hebben Biotec benaderd om een nieuw, duurzaam materiaal te ontwikkelen voor de medische wegwerphandschoen, één van de meest gebruikte disposables in ziekenhuizen. Momenteel worden deze handschoenen meestal gemaakt van een synthetisch gecarboxyleerd nitril-butadiene rubber. Het ontwikkelen van compleet biogebaseerde, hoogwaardige en goedkope medische wegwerphandschoenen is een zeer tijd- en kapitaal intensief proces. Een eerste stap naar een duurzamer en betaalbaar alternatief is het gebruik van een biogebaseerd vulmiddel. In dit technologisch haalbaarheidsonderzoek zal nagegaan worden wat het effect is van het toevoegen van goedkope biogebaseerde vulmiddelen op de stabiliteit van de voor handschoenen gebruikte latex, de verwerkbaarheid tot een rubber (curing) en de eigenschappen van de verkregen rubber. Tevens zal een eerste kostencalculatie en duurzaamheid assessment worden uitgevoerd op basis van de verkregen technologische resultaten. Zuyd heeft veel kennis opgebouwd op het gebied van (biogebaseerde) materiaalontwikkeling en heeft een groot netwerk van materiaalproducenten om vervolgtrajecten samen mee op te zetten. Biotec heeft veel kennis van de zorgmarkt. Op basis van resultaten van dit project zal samen een verdere ontwikkelstrategie worden bepaald.
In dit project zal een online onderwijsmodule worden ontworpen. In deze module zal een deel van de output van het project Bouwen met Levende Natuur worden verwerkt tot onderwijs. Het maken van online course materiaal binnen de HZ onderwijsonwikkeling, waar zowel echte casuistiek uit de de beroepspraktijk, als gebruik van ICT mogelijkheden centraal staan. Door de modulaire opbouw zal het mogelijk zijn onderdelen in verschillende courses te verwerken. De docent kan dan de module naar eigen wens, en onafhankelijk van de beschikbaarheid van interne of externe gastdocenten, inzetten voor ‘blended learning’. De benadering binnen de learning unit(s) volgt het constructivisme, activiteiten die te maken hebben met kennisoverdracht, zullen derhalve worden afgewisseld met verwerkingsopdrachten. De volledige onderwijsmodule richt zich vooral op onderwijs op het gebied van Coastal Engineering van de opleiding Civiele Techniek (CT), in eerste instantie van de Delta Academy; CT studenten blijken behoefte te hebben aan een uitleg van ecologische principes vanuit vanuit een meer technisch perspectief. De learning units/onderwijsmodule is uiteraard ook beschikbaar voor andere hbo opleidingen. Het geselecteerde gedeelte, de eerste learning unit, zal ook bruikbaar zijn voor de course Integrated Coastal Zone Management (ICZM), waarin oa het concept Building with Nature wordt uitgelegd. In de huidige vorm wordt dit onderdeel op de klassieke manier gebracht, in de vorm van een hoorcollege. De ontwikkeling van online materiaal maakt de afwisseling met het verwerken van de aangebrachte kennis eenvoudiger; de structuur daarvoor wordt in de online versie al aangebracht. Deze learning unit brengt niet alleen wat aanvullende benaderingen vanuit technisch perspectief, maar is ook een aanpassing, die het geheel hestructureert volgens het constructivisme. De course ICZM is een keuze-course, bedoeld voor Aquatische Ecotechnologie (AET), Delta Management (DM) en CT studenten; waar CT studenten meer behoefte hebben aan een technisch perspectief, heeft deze course ook te maken met DM studenten, die juist wat meer kennis zouden moeten maken met meer technische benaderingen.
Overconsumptie kan worden verminderd door mensen de optie te geven spullen te huren in plaats van aanschaffen: de deeleconomie. Dit heeft milieuvoordelen en is sociaaleconomisch gunstig. De deeleconomie bestaat echter vooral uit kleinschalige initiatieven en het is onbekend wat nodig is om grootschalig toegepast te worden.