Begint de wetenschap zich eindelijk te ontworstelen aan de houdgreep van uitgevers? Publiceren in open-access-tijdschriften neemt immers flink toe. Tijdens het seminar Toegang tot de toekomst werd de balans opgemaakt van het Open Access Jaar 2009. "Verplichten helpt niet, verleiden wel", vindt NWO-directeur Jos Engelen.
Nomination Best Research & Practice Project Award at the EAPRIL conference, Jyväskylä, Finland. Hybrid forms of learning environments in vocational education are central to the two projects of this application: a design-oriented, applied research project from the Centre for Expertise in Vocational Education (ecbo-project) and an educational innovation/practitioner-research project (hpboproject). A PhD-research project is closely related.
Op 25 september 2013 werd het project Citytrainer op het congres van Vereniging Sport en Gemeenten gekozen tot ‘Beste initiatief op sport- en beweeggebied 2012/2013’. Het was niet de eerste keer dat Citytrainer in de prijzen viel. Eind 2012 ontving het de ‘Meer dan Handen Award’, een prijs waarmee het Ministerie van VWS zijn waardering uitspreekt voor inspirerende vrijwilligersinitiatieven. Wat maakt dit project bijzonder?
Bij elke kilo koffiebonen wordt een kilo pulp geproduceerd. De pulp van de koffiebes is rijk aan verschillende waardevolle biologische verbindingen, die momenteel in de koffieproducerende landen niet benut worden. Vaak wordt de pulp in het natuur gedumpt, met milieu problemen als gevolg. Pectcof heeft een innovatieve bioraffinage technologie ontwikkeld om van de koffiepulp waardevolle grondstoffen te winnen. In deze, in 2015 voor de Food Valley Award genomineerd proces, wordt van de koffiepulp een pectineproduct verzuiverd. Deze product is volledig ontwikkeld en wordt naar de markt gebracht onder de naam Dutch Gum. Het huidige Pectcof raffinage proces is gericht naar het isoleren van de Dutch Gum, waarbij naast het product ook twee zijstromen ontstaan: een vaste pulp zijstroom en een water zijstroom. Het doel is deze reststromen volledig te benutten. Allereerst wordt de aandacht gericht op de isolatie van de hoogwaardige polyfenolen. Een deel van de koffiepulp polyfenolen zijn natuurlijke kleurstoffen vooral anthocyanen. Deze kunnen interessante valorisatie mogelijkheden bieden in food en non-food toepassingen. Kennis van de samenstelling, de zuiverheid en de concentratie van deze stoffen in de koffiepulp zijstroom is noodzakelijk om mogelijke valorisatie potentieel van de kleurstoffen te bepalen. N-Chroma is een innovatief bedrijf dat zich richt op de productie van natuurlijke kleurstoffen. Pectcof en N-Chroma hebben gezamenlijke interesse om de kleurstoffen in de koffiepulp te isoleren en te onderzoeken en hebben Avans/CoeBBE benaderd om hen hierbij te helpen. De Biobased Products groep, onder leiding van Dr. Dorien Derksen bezit de expertise in natuurlijke kleurstoffen die noodzakelijk is voor het onderzoek dat de MKB-bedrijven kan helpen om de processen en toepassingsmogelijkheden verder te definiëren. In het project worden de aanwezigheid en samenstelling van de kleurcomponenten in Pectcof zijstromen getest. Op basis van de onderzoek kunnen Pectcof en N-Chroma de valorisatie van de kleurstoffen goed onderbouwd plannen.
In order to stay competitive and respond to the increasing demand for steady and predictable aircraft turnaround times, process optimization has been identified by Maintenance, Repair and Overhaul (MRO) SMEs in the aviation industry as their key element for innovation. Indeed, MRO SMEs have always been looking for options to organize their work as efficient as possible, which often resulted in applying lean business organization solutions. However, their aircraft maintenance processes stay characterized by unpredictable process times and material requirements. Lean business methodologies are unable to change this fact. This problem is often compensated by large buffers in terms of time, personnel and parts, leading to a relatively expensive and inefficient process. To tackle this problem of unpredictability, MRO SMEs want to explore the possibilities of data mining: the exploration and analysis of large quantities of their own historical maintenance data, with the meaning of discovering useful knowledge from seemingly unrelated data. Ideally, it will help predict failures in the maintenance process and thus better anticipate repair times and material requirements. With this, MRO SMEs face two challenges. First, the data they have available is often fragmented and non-transparent, while standardized data availability is a basic requirement for successful data analysis. Second, it is difficult to find meaningful patterns within these data sets because no operative system for data mining exists in the industry. This RAAK MKB project is initiated by the Aviation Academy of the Amsterdam University of Applied Sciences (Hogeschool van Amsterdan, hereinafter: HvA), in direct cooperation with the industry, to help MRO SMEs improve their maintenance process. Its main aim is to develop new knowledge of - and a method for - data mining. To do so, the current state of data presence within MRO SMEs is explored, mapped, categorized, cleaned and prepared. This will result in readable data sets that have predictive value for key elements of the maintenance process. Secondly, analysis principles are developed to interpret this data. These principles are translated into an easy-to-use data mining (IT)tool, helping MRO SMEs to predict their maintenance requirements in terms of costs and time, allowing them to adapt their maintenance process accordingly. In several case studies these products are tested and further improved. This is a resubmission of an earlier proposal dated October 2015 (3rd round) entitled ‘Data mining for MRO process optimization’ (number 2015-03-23M). We believe the merits of the proposal are substantial, and sufficient to be awarded a grant. The text of this submission is essentially unchanged from the previous proposal. Where text has been added – for clarification – this has been marked in yellow. Almost all of these new text parts are taken from our rebuttal (hoor en wederhoor), submitted in January 2016.
In dit project ontwikkelen we de Design Your Life methode. Deze methode helpt zorgprofessionals jongvolwassenen met autisme te begeleiden in het samenstellen van hun eigen, op maat gesneden ondersteunende technologie. Het project sluit aan bij de maatschappelijke ambitie om zelfredzaamheid en participatie van jongvolwassenen met autisme te vergroten. Deze groep heeft potentie en ambities, maar laat ook schooluitval zien, werkeloosheid, en moeite met zelfstandig leven. Zorgprofessionals zoeken mogelijkheden de eigen regie te versterken, o.a. door het begeleiden in persoonsgedreven toekomstplanning, en het inrichten van een ondersteunende leefomgeving. Daarbij wordt steeds vaker gezocht naar ondersteunende technologie. Terwijl het aanbod aan apps, wearables, internet-of-things en robots snel groeit, strandden initiatieven nog te vaak. Generieke oplossingen sluiten vaak niet goed aan bij de diversiteit aan individuele behoeften. Zorgprofessionals en cliënten vinden moeilijk hun weg in het enorme aanbod. Het blijkt lastig de zorgbehoefte te vertalen in een geschikte technologische oplossing. Gedeeld begrip en nauwe samenwerking tussen cliënten, begeleiders, zorgbeleidsmakers en aanbieders zijn nodig om innovaties duurzaam in te zetten in de zorg en begeleiding. Via tien casestudies ontwikkelen we de methode. Zorgprofessionals begeleiden hiermee cliënten in het selecteren en inrichten van de technologie die bij hen past. Hierbij worden co-design en design thinking principes toegepast. Naast de technologische oplossing helpt de methode ook bij gedeeld inzicht met betrekking tot de capaciteiten, persoonlijke doelen en ondersteuningsvraag van de cliënt. We valideren de methode in een evaluatiestudie. We onderzoeken of de aanpak cliënten ondersteunt in hun ontwikkeling naar zelfstandigheid, hoe professionals de aanpak kunnen integreren in hun dagelijks werk, en hoe de methode duurzaam verankerd kan worden in zorgorganisaties. Ten slotte ontwikkelen we beroepscompetenties. Met de kennis uit dit project worden zorgprofessionals beter toegerust om middels persoonlijke technologie de zelfredzaamheid en eigen regie van cliënten te versterken.