De kwaliteit en inhoud van de lerarenopleidingen zijn een voortdurend onderwerp van gesprek en discussie. Onderwijs is immers een sleutelvoorziening voor een samenleving en leraren (en dus ook de lerarenopleidingen) spelen daar een centrale rol in. Lerarenopleiders zijn op hun beurt bij uitstek degenen die vorm geven aan de inhoud en kwaliteit van de lerarenopleidingen. Bij dat vormgeven moeten zij daarom een antwoord geven op en een balans vinden tussen de drie kernopgaven voor de lerarenopleidingen: kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming (Biesta, 2011; 2012). In november 2015 heeft met een groep van 10 lectoren (waaronder HvA lector Marco Snoek) een poging gedaan om die kernopgaven voor de lerarenopleidingen handen en voeten te geven (Geerdink et al., 2015). Daarbij vertaalden ze die kernopgaven naar drie niveaus: het niveau van de leraar met zijn leerlingen, het niveau van de lerarenopleider en zijn studenten, en het niveau van lerarenopleiders onderling. Die driedeling werkten zij voorbeeldmatig uit om tenslotte te reflecteren over mogelijke concrete implicaties of dilemma’s voor de lerarenopleidingen. Op deze wijze staan ze stil bij de doelen van de lerarenopleiding, bij de wijze waarop het leren rond deze doelen tot stand gebracht kan worden en tenslotte bij de wijze waarop ontwikkeling zichtbaar gemaakt kan worden. Met de notitie hebben de auteurs de hoop lerarenopleiders te inspireren om binnen opleidingsteams (van instituutsopleiders en schoolopleiders) na te gaan hoe zij reeds vorm geven aan kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming in hun handelen en werken, en waar nog ruimte is om aan te scherpen of te verbeteren. Tijdens de VELON studiedag op 13 november 2015 presenteerde Marco Snoek de notitie in een keynote op de jaarlijkse studiedag van de Vereniging voor Lerarenopleiders Nederland VELON
MULTIFILE
In internationale beleidsnotities over onderwijs en kwaliteit van leraren wordt regelmatig gesproken over de kwaliteit van lerarenopleidingen, maar nauwelijks over de kwaliteit van lerarenopleiders.
Er wordt binnen de het curriculum van de lerarenopleiding weinig beroep gedaan op het eigen vermogen om richting te geven aan het leerproces en de eigen leerambitie. De nadruk op het volgen van een vastgesteld curriculum stimuleert niet de eigen creativiteit en het sturend vermogen ten aanzien van het eigen leerproces. Terwijl die creativiteit en dat sturend vermogen in onze ogen kwaliteiten zijn die nodig zijn voor leraren die binnen hun scholen en met en voor hun leerlingen antwoorden willen vinden op uitdagingen waar scholen en leerlingen mee te maken hebben.Verschillende scholen die actief vormgeven aan vernieuwing van hun onderwijs en die leerlingen willen motiveren door hen meer regie te geven over hun eigen leerproces, ervaren een discrepantie tussen wat zij van hun leerlingen vragen en de manier waarop leraren opgeleid worden. Die discrepantie is voor hen aanleiding om met de lerarenopleidingen in gesprek te gaan over nieuwe modellen voor het opleiden van leraren. Verschillende lerarenopleidingen pakken die uitdaging op.Marco Snoek en Dion Sondervan analyseren aan de hand van de metafoor van het spel hoe een nieuw opleidingsconcept er uit kan zien.
Leraarschap van vandaag is veelzijdig en veelvormig. Expeditie Lerarenagenda onderzoekt hoe leraren, teams, scholen, opleidingen en beleid navigeren naar het toekomstig leraarschap van morgen. Adaptief vermogen staat in het onderzoek centraal. Ga mee op expeditie en ontdek hoe het adaptief vermogen van onderwijspersoneel, scholen, opleidingen en beleid versterkt kan worden.Doel De opdracht aan het team is onderzoek te doen naar de professionele kwaliteit van de leraar van vandaag en morgen. We zien leraarschap als een systeem van individuen en organisaties waarbij we de zeven thema’s van de Lerarenagenda 2013-2020 van de overheid (www.delerarenagenda.nl) met elkaar verbinden. Ons onderzoek is innovatief, doorkruist grenzen en zoekt onverwachte verbanden. Resultaten Dit onderzoek loopt. Na afloop vind je hier een samenvatting van de resultaten. Looptijd 01 april 2020 - 01 april 2024 Aanpak We bestuderen adaptief vermogen in de context van drie actuele vraagstukken: Jaar 1: Veranderend beroepsbeeld Jaar 2: Curriculumontwikkeling Jaar 3: Groeiende kansongelijkheid We werken met zeven bouwstenen die zijn gericht op het krijgen van overzicht (wat gebeurt er al?), inzicht (hoe en wat werkt?) en vooruitzicht (werkt het overal?). Elke bouwsteen kijkt op een eigen manier naar het vraagstuk. Samenwerking met kennispartners Het expeditieteam bestaat uit: Ditte Lockhorst, senior projectleider bij Oberon Patricia Brouwer, hogeschoolhoofddocent aan de Hogeschool Utrecht Monika Louws, universitair docent aan de Universiteit Utrecht Marieke van der Pers, postdoctoraal onderzoeker aan de Rijksuniversiteit Groningen en Wageningen Universiteit Bregje de Vries, lerarenopleider en onderzoeker bij de Vrije Universiteit Amsterdam Wouter Schenke, senior onderzoeker bij het Kohnstamm Instituut Amber Walraven, universitair docent aan de universitaire lerarenopleiding aan de Radboud Universiteit Nijmegen Links Website Expeditie Lerarenagenda Website TeacherTappNL
Het project BLIP heeft een methodiek opgeleverd (WISH) die is ontwikkeld voor en haar bruikbaarheid heeft bewezen in het middelbaar beroepsonderwijs (zie http://www.han.nl/onderzoek/werkveld/projecten/blip/). In het project is de methode ook overgedragen aan leraren in opleiding zodat zij deze ook in hun onderwijspraktijk in het middelbaar beroepsonderwijs kunnen gebruiken. De lerarenopleiders van de HAN stelden daarna ook de vraag of de WISH methode ook niet bruikbaar zou zijn voor hun eigen studenten in het kader van voorbereiding op de stage. De methode, zo is de veronderstelling, zou dus breder gebruikt kunnen worden. We zijn voornemens de methode ook als stagevoorbereiding aan te bieden aan de lerarenopleidingen. In eerste instantie aan de faculteit educatie binnen de HAN. Als lijkt dat dit goed werkt dan verbreden we dit ook naar de andere lerarenopleidingen. Gedacht wordt aan studenten die stage lopen bij opleidingsscholen in het po en vo. Voor dat dit mogelijk is moet de methode echter wel aan de hbo context worden aangepast. Naast de inzet van de WISH methode voor mbo studenten kunnen we op deze wijze de WISH methode ook bruikbaar maken voor hbo studenten.
Samenwerking tussen leraren en ouders ondersteunt de ontwikkeling van kinderen. Leraren zetten daarom in op educatief partnerschap. Samenwerking met ouders in het nieuwkomersonderwijs brengt echter specifieke uitdagingen met zich mee, zoals verschillen in talen, schoolsystemen en rolpercepties. Dit project onderzoekt hoe educatief partnerschap er in die praktijk uitziet.