De populatie leerlingen die van huis uit een andere taal spreken dan het Nederlands (hierna: meertalige leerlingen) is in het Nederlandse onderwijs de afgelopen jaren flink toegenomen. Deze trend zal zich de komende jaren vermoedelijk voortzetten, wat maakt dat ‘superdiversiteit’ in ons onderwijs een gegeven is en blijft. Doordat de instructietaal Nederlands is, en veel lesmethoden uitgaan van de Nederlandse talige en culturele achtergrondkennis, worden meertalige leerlingen vaak geconfronteerd met gesproken en/of geschreven taal die ze niet meteen begrijpen. Dit werkt bij uitstek belemmerend tijdens lessen die gericht zijn op (leren) lezen met begrip. Ook kan het een negatieve invloed hebben op de leesmotivatie van leerlingen. Meertalige leerlingen van verschillende leeftijden presteren over het algemeen dan ook minder goed op het gebied van leesbegrip in het onderwijs. Daarbij geven leraren in meertalige klassen veelal aan zich handelingsverlegen te voelen. Ze weten onvoldoende welke passende ondersteuning ze kunnen bieden tijdens de les om meertalige leerlingen optimaal te begeleiden en hun (lees)potentieel te realiseren. In de afgelopen jaren zijn meerdere studies verschenen waarin de kern wordt beschreven van een effectieve didactische aanpak bij lezen met begrip en leesmotivatie. Ook zijn er recente inzichten over hoe de kennis- en taalontwikkeling bij meertalige populaties gestimuleerd kan worden. In deze publicatie beschrijven wij de samenhang tussen meertaligheid, begrijpend leesonderwijs en leesmotivatie in het Nederlandse basisonderwijs, waarbij de volgende vraag centraal staat: Welke kennis is er beschikbaar die onderwijsprofessionals helpt bij het ondersteunen van meertalige leerlingen in het lezen met begrip en het bevorderen van hun leesmotivatie?
LINK
Een meertalige aanpak – die ruimte biedt aan alle thuistalen – kan ons onderwijs toegankelijker, rijker en eerlijker maken. Toegankelijker, omdat zo’n aanpak meertalige leerlingen in staat stelt om volledig mee te doen in ons onderwijs, en gebruik te maken van kennis en vaardigheden die zij in andere talen dan het Nederlands hebben ontwikkeld. Daarnaast zullen ouders-verzorgers makkelijker hun weg vinden naar het Nederlandse onderwijs, net zoals het onderwijs naar hen, en zullen ouders-verzorgers hun kinderen beter kunnen ondersteunen. Rijker, in de eerste plaats, omdat meertaligen zich meer gezien en gehoord voelen wanneer hun thuistaal welkom is in ons onderwijs en omdat we daarmee allemaal meer te zien en te horen krijgen van de diverse wereld om ons heen. Rijker, in de tweede plaats, wanneer thuistalen een plek krijgen in betekenisvol, interactief en taalondersteunend onderwijs, waarin deeltaalvaardigheden (zoals lezen, spreken en schrijven) én vakinhoudelijke kennis (van primair tot hoger onderwijs) niet afzonderlijk maar in samenhang met elkaar worden ontwikkeld. Eerlijker, tot slot, omdat ruimte voor thuistalen bijdraagt aan gelijkere onderwijskansen en uiteindelijk dus ook bevorderlijk is voor passende doorstroom tussen onderwijssectoren en van school naar werk.
DOCUMENT
In dit boekje worden de resultaten van het NRO Comeniusproject "Gelijke kansen door meertalige pabo's" (2018-2021) gepresenteerd. In dit project wordt de toegankelijkheid van de pabo voor nieuwkomers bevorderd door een schakelklas van mbo naar hbo. In de didactiek en het opleidingsonderwijs wordt de rol van de thuistalen bij het leren ontwikkeld, zoals beschreven in het rapport ‘Ruimte voor nieuwe talenten’ (2017). Docenten én studenten gaan samenwerken om de gelijke kansen van studenten die ondervertegenwoordigde talen spreken, te bevorderen.
DOCUMENT
Leerkrachten in Friese basisscholen zoeken naar goede strategieën om meertaligheid te erkennen en effectief in te zetten. Waar het onderwijs tot nu toe twee- en drietalig was (Fries, Nederlands en Engels), hebben leerkrachten nu in toenemende mate te maken met anderstalige migrantenleerlingen. Leerkrachten willen met deze strategieën antwoorden vinden op twee problemen. Ten eerste ervaren ze problemen in de omgang met migrantentalen: ze geven aan dat ze migrantentalen niet willen negeren, maar waarderen en gebruiken vinden ze moeilijk. Ten tweede willen leerkrachten de kwaliteit van het twee- of drietalige basisonderwijs waarin sprake is van taalscheiding, verbeteren. Er wordt per dag of in het Fries, of in het Nederlands of in het Engels onderwezen en geleerd. Men verwacht dat het verbinden van talen hogere resultaten opbrengt. Dit wordt ondersteund door wetenschappelijk onderzoek. Vierentwintig leerkrachten op twaalf basisscholen willen een innovatieve aanpak voor meertalig onderwijs ontwikkelen, die zowel een kader biedt voor de waardering en het gebruik van migrantentalen, als voor een samenhangend gebruik van het Nederlands, het Fries en het Engels in de scholen. Dat geheel vormt de basis van het project Meer kansen Met Meertaligheid (3M). Wetenschappelijk onderzoek levert gevalideerde benaderingen op die moeten worden uitgebreid, gecombineerd en toegesneden op de eigen schoolsituatie om voor de leerkrachten van nut te kunnen zijn. Het 3M-project richt zich op het samen ontwikkelen (d.m.v. ontwikkelingsonderzoek), uitproberen en evalueren van een nieuwe aanpak en nieuwe didactische tools voor meertalig onderwijs (d.m.v. interventieonderzoek). Alle ontwikkelde tools worden in een digitale 3M-Toolbox ondergebracht, die beschikbaar gesteld zal worden aan alle scholen. In de derde plaats vindt een flankerend effect-onderzoek naar (taal)attitudes plaats. In dit project beoogt het consortium een innovatieve kwaliteitsimpuls aan het meertalig basisonderwijs te geven, niet alleen in Fryslân, maar in heel Nederland.
Samenwerking tussen leraren en ouders ondersteunt de ontwikkeling van kinderen. Leraren zetten daarom in op educatief partnerschap. Samenwerking met ouders in het nieuwkomersonderwijs brengt echter specifieke uitdagingen met zich mee, zoals verschillen in talen, schoolsystemen en rolpercepties. Dit project onderzoekt hoe educatief partnerschap er in die praktijk uitziet.
Lesgeven aan klassen met veel kinderen met een meertalige of anderstalige achtergrond kan uitdagend zijn. Hoe zorg je dat iedereen mee kan komen? In dit Europese project ontwikkelen we samen met leerkrachten strategieën om het primair wetenschapsonderwijs toegankelijk voor alle kinderen te maken.Doel Met leerkrachten in Noorwegen, Zweden en Nederland ontwerpen we strategieën om meertalige leerlingen te ondersteunen op het gebied van taal en professionele ontwikkeling. Dit doen we in nauwe samenwerking met leerkrachten in die landen. We richten ons specifiek op lessen over wetenschap en technologie, om twee redenen. Deze vakken bieden leerlingen veel kansen om samen te werken en academische taalvaardigheden te leren. Tegelijk kan het juist voor leerlingen met een taalachterstand lastig zijn om het wetenschappelijk taalgebruik te begrijpen. Resultaten Dit onderzoek loopt. Na afronding komt er naast een set wetenschappelijke artikelen een pakket professionaliseringsmaterialen uit in de herfst met teksten, video's, powerpoints en voorbeeldlesmateriaal. Dit staat vrij ter beschikking voor opleiders, nascholers en begeleiders. Via deze pagina word je op de hoogte gehouden. Looptijd 01 februari 2018 - 31 juli 2021 Aanpak Het onderzoek ziet er als volgt uit: in elk van de drie landen werken we met leerkrachten van acht groepen uit ons schoolnetwerk. We delen het project op in drie fasen.Fase 1: verkennen In de eerste fase (februari-augustus 2018) beschrijven we de nationale lesprogramma's en brengen we de organisatiestructuren van het onderwijs in de drie landen in kaart. Deze inzichten gebruiken we om voorwaarden en principes uit te werken voor het ontwerp van de strategieën.Fase 2: ontwerpen In fase 2 (september 2018-december 2019) staat samenwerking met leerkrachten centraal. We ontwerpen en evalueren nieuw lesmaterialen, ondersteunende activiteiten en werkwijzen voor professionele ontwikkeling.Fase 3: vergelijken en toetsen In de laatste fase (januari 2020-januari 2021) gaan we de inzichten uit de verschillende onderwijssituaties met elkaar vergelijken. Ook toetsen we onze bevindingen door ze via een vragenlijst voor te leggen aan een grote groep leerkrachten.
Lectoraat, onderdeel van NHL Stenden Hogeschool