Voor het begeleiden van studenten met psychische beperkingen bestaat geen standaardprocedé. Iedere student is uniek en brengt zijn eigen mogelijkheden en belemmeringen met zich mee. Dit geldt zeker voor jongeren met een bipolaire stoornis. In dit artikel formuleert HBO-docent Helmut Boeijen, mede op basis van zijn eigen ervaringen met een bipolaire student, handvatten voor hun begeleiding.
DOCUMENT
Vanuit identiteitstheorieën richt dit onderzoek zich op de identiteitsontwikkeling van jongeren en het maken van keuzes, in het bijzonder de studiekeuze.
MULTIFILE
Rond 40% van de mbo-studenten van niveau 4 kiest na diplomering voor doorstuderen in het hbo. Een overgang die voor menigeen problemen oplevert. Het percentage uitvallers in het eerste jaar is aanzienlijk. Hoe komt dat, waar liggen de struikelblokken en: wat te doen om die transitie soepeler te laten verlopen? Zijn mbo’ers wel ‘weerbaar en wendbaar’ genoeg voor het hbo?
DOCUMENT
Afstudeerbegeleiders ondersteunen HBO-studenten in het uitvoeren van onderzoek. Daarnaast moeten ze een goed begrip hebben van het beroep waarvoor de student opgeleid wordt. Maar beschikken ze wel over de nodige expertise? En zijn ze vaardig genoeg in het overbrengen van de kennis?Doel Het belangrijkste doel is het evalueren van de huidige afstudeerbegeleiding binnen economische HBO-studies. Om dit goed te kunnen beoordelen zullen we eerst onderzoeken hoe de beste begeleiding eruitziet. Ofwel hoe afstudeerbegeleiders studenten het best kunnen ondersteunen en onderwijzen. Daarnaast ontwikkelen we een bruikbaar meetinstrument waarmee de begeleiding geëvalueerd kan worden. Na dit onderzoek kan dit instrument verder ontwikkeld worden zodat afstudeerbegeleiders zelf hun eigen handelen ermeun eigen handelen kunnen beoordelen. Resultaten Na afloop van het onderzoek publiceren we hier de resultaten. Looptijd 01 mei 2016 - 01 mei 2021 Aanpak We ontwikkelen een bruikbaar meetinstrument dat inzicht verschaft in de integratie van expertisegebieden in het pedagogisch-didactisch handelen van afstudeerbegeleiders in het hbo.
De Hogeschool van Amsterdam gaat in februari 2021 van start met de uitvoering van een nieuw instrument dat onderwijs, onderzoek en bedrijfsleven aan elkaar koppelt: de innovatietrainee. Het instrument dient de onderzoeksrelatie tussen de hogeschool en MKB partijen te versterken. Anderzijds is het een aanvulling op het bestaande onderwijs en biedt het studenten een unieke mogelijkheid om meer uit hun studie te halen. In totaal zullen 15 innovatietrainee-trajecten uitgevoerd worden: stagiaires gaan voor een half jaar aan de slag met een onderzoeksvraag van participerende bedrijven en als trainees bij deze bedrijven nog een jaar door met het onderzoek. Onderzoekers van de HvA bieden individuele begeleiding. Tevens is er voor de stagiaires / trainees een begeleidingsprogramma in groepsverband (diverse cohortbijeenkomsten met peer-intervissie en masterclasses) en een ondersteunend aanbod voor de participerende bedrijven. Het project betreft een pilot en wordt daarom intensief gemonitord, in samenwerking met Regieorgaan-SIA en andere hogescholen die aan de uitvoering van de regeling deelnemen. De laatste trajecten zullen eind 2022 worden afgerond. De (monitorings) rapportages over het project worden uiterlijk begin 2023 opgeleverd.
Het project 'Langer thuis, wat haal je in huis?' heeft als RAAK-PRO project gelopen tot het voorjaar van 2016. Het heeft diverse wetenschappelijke publicaties opgeleverd (bijvoorbeeld: (1-4)) en een model voor zorgprofessionals waarmee acceptatie van technologie door ouderen in kaart wordt gebracht. Daarnaast is er naar aanleiding van het project onderwijs ontwikkeld voor technologie en zorgstudenten, zowel voor het hbo als het mbo. Dit onderwijs is vormgegeven in leskaarten en enkele aansprekende films. Aan de hand van natuurgetrouwe situaties, waarin in de thuissituatie het gaan gebruiken van een technologisch middel (bijvoorbeeld alarmering) wordt besproken met een oudere, worden vragen gesteld die betrekking hebben op aspecten van technologie-acceptatie en - gebruik. Hiermee wordt, op diverse niveaus en vanuit verschillende perspectieven, gereflecteerd op mogelijkheden voor ouderen om technologie in te zetten, ter ondersteuning van het dagelijks leven. Voor het werkveld is een tool ontwikkeld in de vorm van een gesprekshandreiking (zie: https://fontvs.nl/Over- Fontvs/Fontvs-Paramedische-Hoqeschool/Onderzoek-1/Projecten/Lanoer-thuis-wathaal-je-in-huis.htm). Doel van het geheel was en is: de kloof tussen technologische mogelijkheden en het werkelijk succesvolle gebruik ervan te verbeteren. Er is onderwijsmateriaal voor opleidingen in de verpleging en verzorging, en voor technologieopleidingen. Met name thuiszorg medewerkers (verpleging, verzorg ing en welzijn), kunnen hier direct hun voordeel mee doen. Verdere doorontwikkeling voor het onderwijs toegespitst op paramediciis nog gewenst. Daarbij dient het materiaal te worden toegespitst op typische paramedische beroepssituaties. Specifieke technologische ondersteuning (zoals oefeningen via een app, monitoring van allerlei aan de patiënt te meten parameters) waar paramedici in toenemende mate gebruik van maken en waarvan het succes in de behandeling sterk afhangt van de mate van acceptatie en gebruik door de patiënt, zullen daarbij worden uitgewerkt. De Top-up subsidie wordt daarom aangevraagd ter verdere versterking van het paramedisch onderwijs. Door specifiek lesmateriaal met voorbeelden binnen het paramedisch domein te maken en de leskaarten verder door te ontwikkelen voor paramedici, kan dit ook direct worden toegepast in het onderwijs voor diverse paramedische opleidingen. Binnen FPH zijn dit fysiotherapeuten, podotherapeuten, orthopedisch technologen, logopedisten en radiologisch en radiotherapeutisch laboranten.